Witwangsterns in de Rolkepolder
21 mei 2012 / 1 september 2012

2012-05-27kwbp-wbmpWeek 1 21-5 / 27-5

Maandag 21 mei 2012 ontdekt Dušan Brinkhuizen, aan de rand van het fietspad in de Kropswolderbuitenpolder, ook wel Rolkepolder genoemd, een koppeltje Witwangsterns. Het luidt een tsunami van baltsende en parende Polen in. Ze vestigen zich in onze Groningse polder om te profiteren van de aangenaam hoge waterstand die het gebied heeft vanwege het gebruik als waterbergingsgebied in het begin van dit jaar.

Broedenden Witwangsterns zijn in Nederland een bijzondere verschijning. De laatste keer dat ze in Nederland hebben gebroed was in 1999, in Brabant. Er was sprake van slechts 1 nest, met 3 eieren, waarvan er 2 zijn uitgekomen. Die jongen zijn, in de kuikenfase, opgegeten door snoeken. Dus het is méér dan terecht dat Witwangsterns jonge snoekjes op hun menu hebben staan.
Het grootste aantal jonge Witwangsterns dat ooit in Nederland is opgegroeid was in 1958, in Gelderland. Het ging hier om 11 nesten, waar 20 jongen vliegvlug werden. Een Witwangstern legt 3 eieren per nest, dus dat is een mooi resultaat.

Vrijdagmiddag spoed ik mij elektrisch naar de Kropswolderbuitenpolder. Ik wil ze wel eens zien. Direct als ik ben aangekomen vliegt er al een over het pad van west naar oost. Om te fotograferen komt het licht van de verkeerde kant. Je moet er ´s morgens vroeg zijn. Maar ik ben verrukt van het beestje. Gedrongen, maar toch sierlijk, elegant en wendbaar! En dat krachtige ´krek!´ waarmee hij zijn aanwezigheid verkondigt! Dit is een blijvertje, dat merk je meteen. Een stuk kleiner dan een Visdief. Een Visdief is hiermee vergeleken een log slagschip. Subtiele grijze kleurschakeringen op de vleugels, een stevige rode snavel en rode pootjes als een Noordse Stern, een zwart buikje als een Zwarte Stern.

2012-05-27witwangsternHet aantal Witwangsterns loopt gestaag op, richting dertig. Ze bouwen nesten temidden van een grote kokmeeuwenkolonie. Op verzoek van het Groninger Landschap worden de Witwangsterns onder embargo geplaatst om de kans op broedsucces zo groot mogelijk te maken. Daar gáát mijn voornemen om een weblog over die fraaie sterntjes te schrijven. Voor de aantallen moet ik mij nu ter plekke op de hoogte gaan stellen.

De volgende dagen weer naar de polder. Het is pinksterweekend met prachtig lenteweer. Er zijn aardig wat vogelaars/vogelfotografen aanwezig. Als er even geen activiteit van de Witwangstern is ratelt de batterij camera’s zelfs al als een Fuut een visje aan zijn jong overhandigt. Alles wordt vastgelegd. Er zijn Visdiefjes, Zwarte Sterns, Tureluurs, Groenpootruiters en Bosruiters. Een Blauwborst zingt vlak naast mij zijn hoogste lied.
Het wemelt er van de Geoorde Futen aan beide kanten van het pad.
De Witwangsterns houden zich temidden van deze commotie kalm. Ze paren wat. Dat ziet er niet erg spannend uit. De man gaat boven op de rug van de vrouw staan en kijkt op zijn gemak in het rond. Dat kan minutenlang duren. De vrouw lijkt ook niet erg aangedaan. Dan huppakee even snel en klaar is Kees.

Er zijn twee Zwarte Ibissen waargenomen die pendelen tussen de Kropswolderbuitenpolder en de ernaast gelegen Westerbroekstermade-polder. In de Westerbroekstermadepolder zijn 3 Steltkluten gespot. Bij het Foxholstermeer zit een Grote Karekiet. Een mooi begin van het seizoen.

Week 2 28-5 / 3-6

2012-06-03kolonie1
gebied in de Kropswolderbuitenpolder waar de kolonie zich is gaan vestigen

Na een warm en zonnig pinksterweekend volgt er een natte en kille week, die eindigt met de koudste juni-dag sinds 1975. De temperatuur komt niet boven de 11 graden uit. Het wordt laveren tussen de zware regenbuien.

2012-06-03groenekikkerDe Witwangsterns sjouwen met nestmateriaal: stengels en bladeren van lisdodde en liesgras.
Hun nesten bouwen ze op het netwerk van veenwortel in bloei. Het is één roze vlakte.
Ze zijn verder niet erg actief. Een stuk of 23 kan ik er ontdekken. Sommigen lijken toch echt al te broeden. Ze schikken hun takjes. Anderen zijn nog bezig met paren.

De Grote Karekiet is nog steeds aanwezig bij het Foxholstermeer. Hij laat zich niet zien, maar zijn gekras is duidelijk te horen vanaf het fietspad. Er is al een vierde Steltkluut gesignaleerd in de Westerbroekstermadepolder. Ze zijn te zien vanaf het hoge gemaal in de Onnerpolder, maar míj is het nog niet gelukt.

De polders staan in bloei: boterbloemen, zuring, klaprozen, rode klaver, gele lis, koekoeksbloemen. De Puttertjes kleuren prachtig bij de distelbloemen en de zuring.
De groene kikkers zijn begonnen met het afzetten van hun eieren. Af en toe verdwaalt er een op het fietspad, die ik dan voorzichtig weer naar de waterkant dirigeer, zodat hij niet wordt geplet.

Week 3 4-6 / 10-6

Na een aantal dagen binnen zitten wegens aanhoudende regen vliegt het mij aan en ga ik eropuit. In de Westerbroekstermadepolder zingt er van alles: Roodborsttapuiten, Blauwborsten, Rietgorzen, Grasmussen, Rietzangers, maar ik heb geen tijd om ze te bewonderen, want ik moet snel naar de Witwangsterns, vanwege het licht.

2012-06-10witwangsternZe zijn niet erg vliegerig. Ze zitten gezellig met hun partner op het nest. Het zijn hartstikke knusse beestjes, ze liggen dicht tegen elkaar aan. Af en toe haalt de een even een visje of wat nestmateriaal en dan weer lekker tegen elkaar aan schurken. Nestmateriaal netjes leggen. Heel geordend en relaxed. Ik tel 12 nesten.

Er komt een autootje van het Groninger Landschap aanrijden en Alwin stapt uit. Hij vertelt enthousiast over de enorme aantallen Geoorde Futen in de beide polders. Ver over de honderd nesten! Dat is de grootste populatie die Nederland ooit heeft gehad.
We ontdekken bij een stel Witwangsterns een ei! Het is dus echt gelukt! Ik zie dat man en vrouw elkaar op het nest afwisselen. Ze broeden dus beide. Nu nog 28 dagen wachten totdat de eerste jonkies er zijn; dat wordt pas begin juli. Dat is nog een hele tijd waarin nog erg veel verkeerd kan gaan. In ieder geval zal het gebied, met al die stortbuien, niet opdrogen.
De witwangen worden weer actief. Ze foerageren boven het water en scheren rakelings langs mijn camera.

Met het pontje in Meerwijck laat ik mij overzetten.
Het bankje aan de overzijde, met uitzicht over het Zuidlaardermeer, nodigt uit om er een poosje te mijmeren en te genieten van het uitzicht op de Kokmeeuwen, Brandganzen, Waterhoentjes, Tureluurs en Slobeenden.

Op het hoge gemaal aan de Zuiderhooidijk in de Onnerpolder sta ik even later helemaal alleen en tuur door mijn telescoop naar de moerassen van de Westerbroekstermadepolder. Ik kan geen Steltkluut of Zwarte Ibis vinden. Speedboten scheuren langs het natuurgebied. Ik ben er nu wel echt flauw van en fiets in powerstand terug naar huis.
Bij de waarnemingen zie ik dat Jan en alleman de Zwarte Ibissen en Steltkluten vanaf het gemaal hebben gezien. Er worden ook regelmatig Visarenden waargenomen. Er broeden Roerdompen, Porseleinhoenen en Waterrallen. Waarom zie ík ze niet? Wat doe ik verkeerd?

2012-06-24kropswolderbuitenpolderWeek 4 11-6 / 17-6

Een natte en veel te koude week voor het seizoen (met een gemiddelde temperatuur van 13,5 graden) De kachel gaat weer aan.
Tijd om eens een boek te lezen.

Week 5 18-6 / 24-6

De hele week is er sprake van forse regenbuien. De Kropswolderbuitenpolder heb ik omgedoopt in Kropswolderbuienpolder. Af en toe doe race ik naar de kijkhut in de Westerbroekstermadepolder om te schuilen, maar zodra ik daar ben aangekomen is de lucht meestal alweer opgeklaard. Door het slechte en onvoorspelbare weer zijn er nauwelijks nog vogelaars aan te treffen in de polders. De enkeling die zich het veld in waagt leer ik tijdens het schuilen nader kennen, samen stijf tegen de oostelijke muur van het stuwhuisje of het hoogspanningsgebouwtje aangedrukt, wachtend tot het droog wordt.

Op het eerste gezicht lijkt het wel of de Witwangsterns zijn verdwenen, maar dan zie ik er toch nog en paar rondvliegen. Maar waar is de rest? Of zijn ze misschien gewoon niet zichtbaar door de opgroeiende vegetatie? De Kokmeeuwen zitten er nog op hun nesten. Het lijken er nog wel meer dan anders. Zouden zij de sterns hebben verdreven?

Als ik verder fiets zie ik dat de Witwangsterns een heel nieuw terrein in bezit hebben genomen, een stukje verderop aan de westkant,. Ze zijn verhuisd! Waarom? Ze zijn opnieuw fanatiek bezig met paren en het bouwen van nesten waarvan ik er hier een stuk of twaalf tel. Wat jammer, nu moeten ze weer helemaal opnieuw beginnen. Dat wordt weer minstens 28 dagen wachten op de kuikens. Maar gelukkig zijn er in de eerste kolonie nog een stuk of 5 nesten overgebleven en daar zitten ze op eieren. In dat gebiedje kunnen begin juli al kuikentjes rondkuieren.

2012-06-24witwangsternAlwin en ik staan op het heuveltje tussen de twee kolonies door de telescoop te turen Aan de oostzijde zijn er Zomertalingen, Zwarte Ruiters, Kuifeendjes, Tafeleendjes en al heel dikke kuikens van Kokmeeuwen. Talloze Geoorde Futen zwemmen rond met jonkies op hun rug en grote aantallen Meerkoeten voeren er hun nageslacht. Een groep Slobeenden vliegt over.
Aan de westkant vliegt een aantal Zwarte Sterns. Minstens één paar heeft hier al een nest stellen wij vast.

De nesten van de Witwangsterns en Geoorde Futen in de nieuwe kolonie zijn goed zichtbaar. Soms zijn ze vlak naast elkaar gebouwd.
De Witwangsterns komen tot leven en in groepen van 4-5 scheren ze over het water. Als Jan-van-Genten vouwen ze hun vleugels voor ze het water raken. Enthousiast stijgen ze weer op. Ze vliegen rakelings voorbij. Je wordt er vanzelf blij van.
Een Witwangstern zit een Kokmeeuw, die te dicht bij het nest komt, achterna tot hoog in de lucht. Dapper beestje. Ook een Bruine Kiekendief wordt koelbloedig door hem weggejaagd.

De Witwangsterns foerageren tegen de wind in, waardoor je als fotograaf vaak tegen hun achterwerk aankijkt. Kwam de wind maar eens uit het Oosten! Maar soms komen ze in kolonne recht op je af, samen met de Zwarte Sterns, die net nog weer wat kleiner, slanker en sierlijker zijn. Dat is een geluksmoment waardoor je helemaal vergeet op tijd scherp te stellen.

Vlak boven de bomen in de verte hangen snel van vorm veranderende grijze wolken, bestaande uit miljoenen muggen. Een indrukwekkend natuurverschijnsel.
De Zwarte Ibissen worden steeds vaker in de Kropswolderbuitenpolder gezien, door anderen dan mijzelf welteverstaan. In de Westerbroekstermadepolder heeft een Pijlstaartpaartje jonkies gekregen.

Week 6 25-6 / 1-7

Bij de eerste kolonie zie ik gelukkig nog enkele Witwangsterns vliegen. Ze zijn er dus nog, maar de vegetatie is er zo hoog geworden dat de nesten aan het oog worden onttrokken.
En dan zie ik het: volgens mij zijn daar jongen! Ik kan de nesten niet waarnemen en ook de jongen niet, maar ik bemerk wél het gedrag van de ouders. Ik zie een aantal malen een Witwangstern iets kleins uit het water oppikken, terugvliegen naar een plek achter een pitruspol en direct weer wegvliegen zonder dat kleins in zijn bek. Dat kan maar één ding betekenen: ik ben oma geworden!

2012-07-01kokmeeuwBij het pad in oost zijn de jongen van de Kokmeeuwen al flink groot. Adulten en jongen staan samen dom te koekeloeren op een polletje. Één jong fladdert met de vleugels en, verschrikt over zijn eigen vermogen, vliegt hij zowaar 2 meter. Verbaasd landt hij in het water. Daar begint hij enthousiast rond te zwemmen.
Zóveel Geoorde Futen heb ik nog nooit bij elkaar gezien. De meeste hebben nu nog slechts één jong, terwijl ze meestal met drie zijn begonnen. Een jong heeft het koud en wil met alle geweld op de rug van de ouder klimmen, maar deze schudt hem af.

In kolonie 2 zijn de nesten nog steeds goed zichtbaar. Er wordt weer druk met nestmateriaal gesjouwd. Een Meerkoet krakeelt met de Witwangsterns. Hij komt te dicht bij de nesten en wordt weggejaagd.

Naast mij stapt een man van zijn fiets. 'Ik heb een Roerdomp gezien.' zegt de man.
'Geweldig!' antwoord ik. 'Een Roerdomp spot je niet zo makkelijk. Die laten zich niet graag zien.'
'Ja. Het is ook mijn eerste. Maar ik ben niet helemaal zeker of het er ook een is. Een helemaal witte vogel. Hij staat daar. Ik zou niet weten wat het anders kan zijn,' wijst de man.
'Het zou misschien een Grote Zilverreiger kunnen zijn of een Lepelaar. Die zitten hier ook.'
Ik wil eigenlijk zijn pleziertje niet vergallen. Op de plek waarnaar hij wijst staat een Blauwe Reiger.
'O, een Lepelaar heb ik ook nog nooit gezien. Misschien was dat het dan wel.'

2012-07-01geoordefuutAlweer een man die van zijn fiets afstapt. Hij vraagt waarnaar ik sta te kijken. Ik leg hem van alles uit over de Witwangsterns. Hij heeft ze nog nooit gezien. Hij zegt dat hij het liefst het pad door de kolonie inloopt, maar dat hij dat toch maar niet doet; tenminste niet als iemand kijkt. Ik ontraad het hem in ferme bewoordingen. Hij kijkt mij met gemengde emoties aan. 'Dit herinnert mij aan de toon van mijn moeder.'
'Dan zal u dat wel nodig gehad hebben.'
Maar hij is razend enthousiast over de sterns en roept naar zijn vrouw die even verderop bij haar fiets staat. 'Carla, er zitten hier Witwangsterns! Ik ben ineens deskundige geworden op het gebied van Witwangsterns!' Ze vinden het allebei geweldig.
Even later komt Carla met een noodgang aangefietst. Buiten adem. 'We hebben een heel zeldzame vogel gezien! Helemaal oranje! Mijn man denkt dat het een Kemphaan is, een vrouwtje!' Ik fiets met haar mee. Er loopt inderdaad een mooi gekleurde Kemphaan man rond. Ik zet hem even voor hen in mijn telescoop.

Op de terugweg speel ik het spelletje met de jonge Roodborsttapuit die ik iedere dag tegenkom. Hij gaat uitdagend op 1 pootje staan op het draad en ik doe net alsof ik hem helemaal niet op de foto wil zetten. Hij vliegt pas op het allerlaatste moment weg en gaat een paar meter verderop zitten. Als ik wegloop komt hij achter mij aan.
Een jonge Boerenzwaluw zit op het draad. Hij laat mij rustig dichterbij komen totdat hij vol in beeld is. Onbevangen kijkt hij naar mij. Naast hem zit een jonge Huiszwaluw en even verderop een vrouwtjeskneu.
In de struiken van de berm zie ik een Grasmus met een rupsje in zijn bek. Hij houdt mij goed in de gaten. Even later nog een, ook met een rupsje. Ik ga maar weg. Ze hebben jongen.

2012-07-01roodborsttapuitMet het veerbootje van palingboer Vos laat ik mij weer overzetten naar de Onnerpolder. Vandaar naar de Zuiderhooidijk. Ik ben weer helemaal alleen op het hoge gemaal. Ik kan de ibissen en de Steltkluten, waarvan er inmiddels al vijf zijn gesignaleerd, niet vinden.
Het is doodstil op het gemaal. Tientallen Gierzwaluwen vliegen stil vlak boven mijn hoofd. Het begint erg hard te waaien en het gaat regenen. Op het gemaal regent het eigenlijk altijd. Ik hou het voor gezien en pak in. Dan komt er een auto aan, dus ik zet mijn telescoop weer op, want met zijn tweeën zie je altijd meer. En als ik dan door de telescoop kijk zie ik ineens de twee Zwarte Ibissen.
Er komt een man naar boven. We maken een praatje. 'Ik heb twee Zwarte Ibissen in de telescoop staan. U mag wel even kijken.' zeg ik genadig. Dat vindt hij een leuke waarneming.
'Ik heb ook iets voor u in de aanbieding.' zegt hij, voor mij plaatsmakend bij zijn telescoop. Dan zie ik de Steltkluut heel ver weg, stappend bij wat een nest moet gaan worden.

Week 7 2-7 / 8-7

2012-07-08muskusratHet is wel een beetje laat om te vogelen, want de nacht valt al in. Het is nog drukkend warm, bijna volle maan. De Kropswolderbuitenpolder ziet er mysterieus uit. Een Zanglijster en een Blauwborst zingen luid. Kikkertjes springen voor onze voeten weg op het fietspad. Muggen en nog eens muggen, luid zoemend en gemeen prikkend. Heel veel Grote Canadese Ganzen, Grauwe Ganzen, Kokmeeuwen.
Ik wil Henk de Witwangsterns laten zien, maar er is nauwelijks nog activiteit. Ze zitten op hun nest, gelukkig wel zichtbaar vanaf het pad. Een enkeling vliegt nog rond, zodat hij ze kan bewonderen. 'En al die Geoorde Futen. Het is alsof je naar Kuifeendjes zit te kijken. Zó gewoon zijn ze hier!' roept Henk uit.
We zien bij het licht van de maan steeds meer nesten van Witwangsterns. Ze schikken hun eitjes onder zich.
Een muskusrat zwemt langs. Hij zwemt het gebied in en wij wachten gespannen af hoe de broedparen hierop zullen reageren. Het dier knabbelt aan wat stengels en zwemt langs de nesten van de sterns. Ze reageren niet op hem. Hij is kennelijk geen gevaar voor hun eieren.
We staan tegelijk stil. Hoor je dat? Een Porseleinhoen. We wachten tevergeefs op de roep van de Kwartelkoning die hier ook moet zitten.

De volgende morgen sta ik er alweer. Deze keer met Gineke. Die wil ze óók zien, mijn Witwangsterns. Ik stel de telescoop op bij het heuveltje, tussen de twee kolonies.
'Moet je kijken, hoe dwaas die jonge Kokmeeuwen hier staan te koekeloeren.' zeg ik.
'Ja. Maar zie je wel wat er hier vlak voor jou staat?' zegt Gineke, die graag in raadsels spreekt.
Op nog geen 30 meter afstand van ons staat een Zwarte Ibis. We schrikken heel erg van elkaar. Hij gaat op de wieken en ik op tilt. Omdat mijn camera niet op tijd wil scherpstellen.

2012-07-08zwarteibis

2012-07-08alwinInmiddels zijn er al tegen de vijftig Witwangsterns in de KWBP. Er komen er steeds meer bij. De nieuwelingen maken hun nesten veel verder van het pad af, zodat de voortgang niet goed te volgen is. Helaas heb ik nog steeds geen jongen gezien, hoewel die er al wel zouden kunnen zijn.

Schipper Vos bespreekt de vogelstand terwijl hij ons met zijn bootje naar de overkant brengt. Hij vertelt dat er dit jaar bij hem in de schuur nauwelijks Boerenzwaluwen hebben gebroed, terwijl er andere jaren altijd een grote kolonie zit. Het was een heel slecht voorjaar voor de Boerenzwaluw, met weinig insecten.

Vanaf het hoge gemaal aan de Zuiderhooidijk kijken we uit over de Westerbroekstermadepolder. Er vliegt een Visdief voorbij, voorheen mijn favoriete stern. Ik tel 27 Lepelaars. twee Bruine Kiekendieven, man en vrouw, vliegen over grote groepen Kemphanen die er onrustig van worden.
Maar het gaat ons natuurlijk om de Zwarte Ibissen en de Steltkluten en misschien wel de Roodhalsfuut. Ik vind snel het landstrookje terug waar de Steltkluten rondscharrelen. Uiteindelijk vliegen ze allebei weg, hun veel te lange rode poten mallotig onder zich bungelend. Dat is nog geen broedgeval dus.

Twee dagen later sta ik alweer vroeg bij kolonie 1. Het is er erg rustig. De auto van Alwin stopt naast mij. Hij heeft hier al jongen gezien. Waar, waar, waar, waar?! Hij zet een jong voor me in de telescoop. Ik ben zwaar onder de indruk. Het is een minuscuul scharminkel met donkere stippen op zijn kop. Hij scharrelt onzeker wat in het rond, vlak naast een adult. 'Het zijn er zelfs twee!' roept Alwin. Het is dus echt gelukt! De Witwangsterns hebben jongen gekregen in onze Kropswolderbuitenpolder.

Ik sluip naar de plek waar eergister die ibis zo dichtbij zat, het Ibispaadje, en kijk voorzichtig om het hoekje. Maar noppes. Eén mottige Kemphaan, een Krakeend, een Witgatje en verder heel veel Kokmeeuwen, Meerkoeten en Geoorde Futen met jongen. Er vliegen 6 Zwarte Sterns rond.

Alex Vissering arriveert met zijn cameraploeg om een Pronkjewailtje op te nemen. Hij gesticuleert in de camera en wijst naar de polder.



Na afloop loopt hij naar me toe: 'Er zijn nesten van Witwangsterns hier!' legt hij uit.
'Ja, ik weet het. Er zijn zelfs al kuikentjes!' antwoord ik, alsof het de gewoonste zaak van de wereld is.

Week 8 9-7 / 15-7

2012-07-15witwangstern2Terwijl duizenden Nederlanders last-minute reizen organiseren om nat Nederland te ontvluchten, ben ik erg gelukkig met zoveel hemelwater voor de Witwangsterns.
Als ik de buienradar bekijk gaat er vandaag in Groningen flink wat regen vallen. Misschien gaan de buien ook wel net aan de Kropswolderbuitenpolder voorbij, maar nu is de lucht nog vrijwel blauw, dus even in de turbostand naar de polder, om de buien vóór te zijn. Zonder acht te slaan op de Rietgors, de Blauwborst, de Graspieper, de Roodborsttapuit, de Grasmus en het Kneutje scheur ik direct naar de Witwangsterns.

Het waterpeil staat hoog dankzij al die regen van de laatste tijd. In kolonie 2 sjouwen de Witwangsterns zoals gewoonlijk met nestmateriaal, liesgras en veenwortel. Ze rukken de planten met wortel en al uit de bodem. Met mijn telescoop speur ik de nesten af. Het duurt niet lang of ik zie een nest met minimaal twee jonkies, goed te zien vanaf het pad. Ze worden gevoerd terwijl de partner af en aan vliegt. De broedende vogel heeft iets lichtgroens in zijn bek, het is een grote groene sabelsprinkhaan die ze uit de brandnetels aan de rand van het pad plukken. Hij houdt het groene gevaar uitnodigend voor de koppies van de kleintjes, maar die hebben geen trek in zo'n monster. Hij blijft ermee zitten. De partner komt alweer met nieuw voedsel aangevlogen dat dan maar even zolang in het nest wordt gedeponeerd. De ander blijft met de sprinkhaan in de bek voor de jonkies jengelen. Zo van: eerst de bloemkool voordat jullie aan het toetje mogen.

2012-07-15grotegroenesabelsprinkhaan2Vlakbij zie ik nog een nest met ook minimaal 2 jonkies. Beide ouders zijn ook daar erg druk met het verbeteren van het nest. Af en toe laten ze de jonkies zelfs helemaal alleen om te foerageren. Kijk toch uit zeg!
Ik tel opnieuw minstens 12 nesten.

In de verte verschijnen zwarte wolken. Ik pak maar weer in, want dit gaat niet goed komen.
Op de fiets zie ik dat er niet ver weg een zwart gordijn van stortregen naar beneden valt, in de richting waar ik doorheen moet. Terug en dan naar de kijkhut? Het tunneltje is de enige andere plek om te schuilen, maar dat is nog 3 km verder weg. Er is geen alternatief dus ik probeer in noodvaart het tunneltje te bereiken vóór de hemel openbreekt. Na 1 km bevind ik mij in de wolkbreuk. Ik ben zó nat dat schuilen eigenlijk geen zin meer heeft. In het tunneltje stap ik af om het water van mij af te schudden. Het is opgehouden met regenen en de zon schijnt.

De volgende dag is het hetzelfde buienradarbeeld als gister.
Er wordt druk gevoerd door de Witwangsterns. Ze vliegen roepend 'krek krek' vlak boven mijn hoofd over het pad naar oost en komen met voedsel, sprinkhanen of (larven van) kikkers, terug. Het waterpeil is nog weer hoger van al die bakken regen die erover zijn uitgegoten. Ik herken de plekken met de nesten niet meer, dus die moet ik opnieuw localiseren.

Donkere wolken trekken zich opnieuw samen boven de Kropswolderbuitenpolder.
Een man en een jongetje stappen naast mij van hun fiets af. 'Zeker naar de Witwangsterns aan het kijken?' zegt de man. Hij vertelt dat hij vrijwilliger is bij het Groninger Landschap. Hij peilt twee keer per maand de waterstand. Zijn kleinzoon Tim mag vandaag mee. Ik zet de telescoop op kinderstand en richt hem op een nest van een Geoorde Fuut. 'Wat dichtbij!' roept Tim uit. 'Hij heeft knalrode ogen!' 'Ja, en gouden pluimen.' voeg ik er aan toe, alsof het mijn persoonlijke verdienste is. Grootvader kijkt ook. 'Ik hoop niet we u in verlegenheid brengen, met het kijken door uw telescoop.' Ik vind het juist hartstikke leuk en spui al mijn kennis over de vogeltjes. Dan zet ik hem even op een nest van een Witwangstern.
'Het is die zwart-witte vogel?' vraagt Tim. Hij is even stil. 'Ik begin nu toch te twijfelen.'
'Waarover dan?' vraag ik benieuwd. 'Of ik nu toch maar voor een telescoop ga sparen in plaats van voor een iPod.'

Het weer klaart op en is de lucht helderblauw. De Witwangsterns blijven boven mijn hoofd hangen en schreeuwen, net zoals Visdiefjes plegen te doen als ze jongen hebben. Maar ze vinden mij kennelijk toch niet zo’n grote bedreiging, want ze vallen niet aan en schijten me niet onder. Ze scheren langs mij heen, over het pad, om in oost te foerageren. In omgekeerde richting vliegen 4 Zwarte Sterns naar west. 50 Aalscholvers trekken in slagorde hoog in de lucht voorbij. De Muskusrat zwemt langs met liesgras in zijn bek en verdwijnt in zijn hol.

2012-07-17kwbp-west2
gebied van kolonie 2 op 17 juli 2012

Week 9 16-7 / 22-7

2012-07-23witwangstern1In kolonie 1 vliegen al een paar jonge Witwangsterns rond! Er worden ook nog kuikens op het nest gevoerd, dus het is daar toch nog een mooi broedsucces geworden.
In kolonie 2 kan je, vanaf het pad, nog steeds mooi in een aantal nesten kijken. De kuikens klapperen al met hun vleugeltjes en bedelen om voer. Ze worden o.a. gevoerd met visjes, waterinsecten, grote groene sabelsprinkhanen, larven van de libel, de grote spinnende watertor en de groene kikker.
Aan de rand van het pad vliegen 8 witwangen langs de berm met de brandnetels. Dan duikt er een in en vliegt op met een sabelsprinkhaan in zijn bek. In oost halen ze kikkerlarven weg en ze vliegen met hun buit over het pad terug naar hun jongen. Die kikkerlarven kunnen dit jaar een bijzonder groot formaat hebben omdat de groene kikkers in 2011, met de koude zomer, pas laat hun dril hebben afgezet. De larven die hebben overwinterd kunnen groter dan 10 centimeter worden.
Ik wil nou wel eens weten wat er allemaal in die brandnetels zit. Die witwangen halen er met gemak sabelsprinkhanen vandaan maar ik zie er alleen maar slakjes, spinnetjes, vliegjes, torretjes, rupsjes van de Atalanta en onzelieveheersbeestjes.

Ik ga weer eens een serieuze poging doen om de nesten te localiseren. Als centraal oriëntatiepunt neem ik het bosje Kattenstaarten waaromheen de nesten zijn geplaatst.2012-07-22witwangstern
Vooraan, in kolonie 2, tel ik nog steeds twaalf nesten. Op enkele zitten ze nog op eieren, andere hebben 1, 2 of 3 jongen. Maar er zijn verder naar achter, bij het water, nog veel meer nesten.
Er is geweldig veel activiteit. Het is een aan- en afvliegen met voer. Een Blauwe Reiger wordt met vereende kracht weggejaagd.

Dan vliegen er ineens een paar Witwangsterns schreeuwend direct boven mijn hoofd. Er komen er steeds meer bij. Het worden er acht, allemaal agressief schreeuwend naar mij en proberend om mij onder te schijten. Terwijl ik toch helemaal niks doe.

Geert komt naast mij staan; hij is gids bij het Groninger Landschap. Er zit een Nachtegaal daar achter, wijst hij en Zwartkopmeeuwen in oost. Hij meldt dat er nu in totaal 26 nesten van Witwangsterns zijn geteld en 4 nesten van Zwarte Sterns. Er hebben ook Smienten gebroed. 2012-07-22witwangstern326 nesten! Dat zijn er aanzienlijk meer dan het recordaantal tot nog toe van 1958 in Gelderland: 11 nesten en 20 jongen. Als je per nest dus gemiddeld 2 jongen die vliegvlug worden rekent, hebben de kolonies hier dit seizoen ruim 50 jongen voortgebracht. En misschien worden het er nog wel meer!

Ik houd het nest met de twee jonkies in de peiling. Een ouder komt er even bij en de twee bekkies gaan verwachtingsvol open. Hij brengt echter alleen nestmateriaal. Dat herhaalt zich nog een paar maal. Ik denk hou nou maar eens op en geef de kids wat te eten! Het lijkt me een 1-oudergezin. Deze jongen zijn bijna altijd alleen. Ze zien er koddig uit met hun zwart ringbaardje. En wat een muil hebben ze!
Ze sjouwen, in navolging van hun ouders, met de takjes op het nest als ze niks anders te doen hebben. Uiteindelijk wordt één jong gevoerd met een kikkertje. De ander gaat er maar weer berustend bij liggen.
Er zijn verderop een paar nesten waar Witwangsterns nog op eieren zitten.

De witwangen zijn aan het poedelen. Dat gaat op een heel bijzondere manier. Ze laten zich plat op de buik op het water vallen, slaan twee keer met de vleugels, stijgen op, en laten zich weer plat op de buik vallen. Ze raken al een beetje in de rui, want er verschijnen witte plekken op hun zwarte buikje. De Kokmeeuwen zijn al langer in de rui en vertonen grote gaten in de vleugels.


Week 10 23-7 / 29-7

Als je vegetarier bent moet je tijdens het fietsen je mond stijf dicht houden, want er vliegt anders van alles naar binnen als je door de polders fietst. Heerlijk zo vroeg in de morgen! Het Jacobskruiskruid bloeit overal uitbundig. De Dodaars zingt.

Een vliegvlugge jonge Witwangstern in kolonie 1 is aan het foerageren. Zijn ouders imiterend hangt hij boven het water op zoek naar prooi. Hij duikt en verdwijnt veel te ver onder water, maar hij heeft wat gevangen, dat hij ook meteen weer laat vallen! Nog weer enkele duikvluchten, die alle niets opleveren. Hij komt een keer nauwelijks meer boven omdat hij onder het plantenmateriaal zit waarvan hij zich maar moeilijk kan bevrijden. Nog een aantal keren mis. Dan gaat hij ergens zitten poetsen op een veenwortelveldje en temidden van het pijlkruid krabt hij zich op zijn koppie. Een ouder komt langs en voert hem. Hij zal niet verhongeren.

2012-07-29roodhalsfuut

2012-07-29witwangsternLopend langs het dijkje van het Foxholstermeer, op zoek naar de Roodhalsfuut. Een Zwarte Wouw zweeft boven mijn hoofd. Er klinkt een Porseleinhoen. Ik tel 1 Witgat, 6 Zomertalingen, heel veel Wintertalingen, 35 Lepelaars, 25 Kemphanen, 4 Grutto’s, 5 Grote Zilverreigers, 1 Pijlstaart, een Kuifeend met 7 jongen. In het struikgewas zingen Tuinfluiters hun lied. De Grote Bonte Specht heeft er jongen.
En dan, jawel, een Roodhalsfuut met jong, wel heel ver weg, maar toch. Ze duiken en doen en wanen zich nog even onbespied.

Terug bij kolonie 2 van de Witwangsterns. De jongen vooraan zijn weer helemaal alleen en ze proberen te vliegen. Ze wapperen met hun vleugels en komen al een aantal decimeters van de grond. De ouders laten trouwens weer flink lang op zich wachten. De jongen rekken hun nekkies hoopvol bij iedere overvliegende vogel. Na ruim een uur komt er eindelijk een ouder met voer dat hij bij de grootste schreeuwlelijk in de muil stopt. Hij blijft wachten om te kijken of het wel goed verorberd wordt. Ook in deze kolonie zijn er al enkele jongen vliegvlug.

Ver weg, aan de waterrand, is er opschudding. Een Aalscholver grijpt een al groot Kokmeeuwenjong onder het oog van de ouders en werkt hem naar binnen.

2012-07-29aalscholver

De hele kolonie in rep en roer. De Aalscholver gaat ter plekke zitten uitbuiken. Hij is totaal niet onder de indruk van de commotie.
Na tien minuten grijpt hij er nog eentje.
Even de lucht inzwiepen zodat hij hem met het kopje vooruit in zijn bek kan laten glijden. De pootjes steken er nog uit. Nog een paar slikbewegingen, dan zit het jong ter hoogte van zijn hals en kan hij zijn bek weer sluiten.
Ik dacht dat Aalscholvers alleen vis eten!

Klaas van Dijk in het forum van avifaunagroningen.nl:
'Net even gekeken in de Cramp (uit 1980) en daar staat inderdaad vermeld dat Aalscholver 'occasionally' vogels als prooi verorbert. Genoemd worden 'watervogels' (kan dus van alles zijn), Waterhoen, kuikens van Bergeend en Boerenzwaluw (laagvliegend boven het water). Er worden een aantal -zeer- oude referenties bij vermeld.'

2012-07-29zwartesternDe volgende dag sta ik met een groep vogelaars ter hoogte van kolonie 2. Emo vertelt over een Aalscholver die vanmorgen een jong van een Witwangstern heeft gegrepen en opgepeuzeld. Dat moet dezelfde zijn geweest van gister! Die heeft het trucje door. Maar Emo heeft alleen Kokmeeuwen zien opvliegen en geen Witwangsterns. Dan is het slachtoffer een kuiken van een Kokmeeuw geweest, vind ik. Ik wil het namelijk niet waar hebben dat zo’n banale Aalscholver onze witwangkuikens als een snackje zit op te peuzelen. De stemming onder de vogelaars is grimmig. Kijk, zo’n Aalscholver hoeft niet meteen dood, maar een lekker strakke halsband waar alleen nog heel kleine visjes doorheen kunnen, vinden wij wel aangewezen.

Hoog boven ons hoofd zwermen opgewonden vogels: Kokmeeuwen en Witwangsterns. Ze eten vliegende mieren uit de lucht. Het is de tijd van de bruidsvlucht. Op een zwoele zomerdag kruipen de gevleugelde koninginnen met massa’s tegelijk uit de grond, gevolgd door nog veel meer mannetjes. In de lucht wordt er gepaard, waarbij de mannetjes die het hoogst vliegen het meest in trek zijn.
Er vliegen ook juveniele witwangen tussen. En ik spot zelfs een jong van een Zwarte Stern! Iedereen is uitgenodigd op de bruiloft. Het is feest voor allen!

Helemaal achterin bij het water zwemt een Roodhalsfuut. Overal is de zang van de Dodaars te horen.
Een jong van een Geoorde Fuut wordt door een adult van een ander gezin heftig aangevallen. Beide families foerageren vlak voor ons, aan de rand van de waterweegbree, de kleine egelskop en het bloeiende pijlkruid.
Ma reikt een prooi aan een jong, iets glibberigs, of iets met veel pootjes. In ieder geval iets dat je niet in je bed zou willen terugvinden. Na de overdracht blijft ze er altijd bij om te kijken hoe het afloopt. Vaak laat het jong de prooi namelijk weer vallen, de sukkel. Dan moet ze er weer naar duiken. Dit kan een paar maal achter elkaar gebeuren. Pa doet dit niet, dat erbij blijven, die gaat er meteen weer vandoor als hij zijn voedsel heeft afgeleverd.

2012-07-29geoordefuutEr is veel activiteit van de witwangen. Ze dragen steeds voedsel aan vanaf oost. Zo te zien allemaal kikkertjes. Die spoelen ze eerst even in een plasje af alvorens ze aan hun jong te presenteren. Ze foerageren niet meer boven de brandnetels. Kennelijk zijn de sprinkhanen op, of vinden de jongen ze gewoon niet lekker. Ze sjouwen nog steeds met nestmateriaal. Dat zit hun in het bloed.

Vandaag, zondag, opnieuw twee gevallen van predatie door "de" Aalscholver gezien.
Rond 11.00 uur landt hij weer op precies dezelfde plek als de voorgaande dagen. Kokmeeuwen, ook juvenielen, en sterns gaan de lucht in en zij vliegen agressief boven en naast hem.
Hij laat zich er niet door storen.
Een nest met Witwangsterns bevindt zich op nog geen 7 meter afstand. De sterns doen het enige juiste. Beide adulten drukken zich op het nest tegen hun jongen aan. De Aalscholver lijkt niet in hen geïnteresseerd. Hij vliegt na een paar minuten een tiental meters verder, wat opnieuw een heel heftige reactie bij de buren opwekt. Daar pakt hij een al flink opgeschoten Kokmeeuwenjong. Hij blijft ermee worstelen om hem naar binnen te werken. Dat lukt niet. Hij gaat het water in met zijn prooi in zijn bek, de vleugels fladderen nog. De Kokmeeuwen en sterns achter hem aan. De Tafeleenden, Kuifeenden, Meerkoeten en Futen deert het allemaal niet. Die kijken niet op of om. Na tien minuten zwemt hij zonder prooi in zijn bek weg en drijft het Kokmeeuwenjong levenloos, doelloos en treurig op het water.
Ruim twee uur later na zijn eerste vangst landt de Aalscholver weer op de bekende plek. Hij spreidt zijn vleugels om ze te drogen. Ik kan het niet meer goed aanzien. Na enige tijd neemt hij weer een Kokmeeuwenjong te grazen. Ik wil niet weten hoe dat afloopt.

 

Week 11 30-7 / 5-82012-08-05witwangsternjong

Honderden Meerkoeten zijn zich aan het groeperen in de Kropswolderbuitenpolder. Hun broedseizoen is voorbij. De Dodaars zingt nog onvermoeibaar, de Gierzwaluwen zijn verdwenen. Er zijn een Witvleugelstern en een Buidelmees gesignaleerd.

Een Visdief foerageert boven het gebied; dat doet de Witwangsterns altijd agressief opvliegen. Ze achtervolgen hem totdat hij uit het zicht verdwijnt. Een Blauwe Reiger landt, direct eveneens aangevallen door de Witwangsterns. Hetzelfde lot ondergaan de Zilverreiger en de Bruine Kiekendief en zelfs een Havik wordt door 15 sterns belaagd. Ja, ze zijn snel aangebrand.
Een vos loopt over het pad tussen de twee broedkolonies, half verscholen tussen de struiken. Hij maakt geen aanstalten om de kolonies in te gaan.

Achteraan in kolonie 2 zijn 2 nesten met heel kleine kuikentjes. Gister of vandaag geboren. Helemaal vooraan zit een nest met 3 opgeschoten jongen. Daar kan je goed zien wat er gebeurt. Het grootste gedeelte van de tijd zijn ze alleen, maar zo nu en dan komt één ouder gezellig op het nest zitten. Vlakbij is een poeltje waar ze badderen en ze vliegen al wat rond. Ze doen hun ouders na en scheren met hun bekjes laag over het water.
Af en toe sluiten ze zich aan bij een groepje van 5 jongen die het terrein verkennen. Hun actieradius wordt steeds groter. Het duiken lukt al wel een beetje, maar ze vallen vaak te diep in het water, zodat ze moeite hebben om weer boven te komen. Dat is nog een aandachtspuntje voor de ouders.

2012-08-05aalscholver

Een paar dagen later heeft de Aalscholver weer een jonge Kokmeeuw gesnaaid, een al bijna volgroeid dier. In oost deze keer. Kokmeeuwen en Witwangsterns hangen luid schreeuwend boven de rover. Even plotseling als het begon is het ook weer voorbij. Het jong is verorberd en de rust weergekeerd.

Wintertalingen, Zomertalingen, Bosruiters, Bontbekplevieren, Kemphanen, een Zwarte Wouw, ze laten zich allemaal mooi bekijken in de polders. Een grote groep Oeverlopers vliegt op. Bij het Ibispaadje zie ik een Zwarte Ibis, op grote afstand.

2012-08-05witwangsternEen jonge Witwangstern zit vooraan bij kolonie 1 boven in een boom, stil in elkaar gedrukt. Af en toe piept hij klagelijk. Er wordt niet op gereageerd. De witwangen hebben het druk met foerageren boven het water. Ze vangen visjes en eten ze zelf op. Een uur later zit het jong daar nog steeds. Nu wat harder piepend.

Kolonie 2. Het aantal nesten wordt al minder. In het veld staan meerdere adulte Witwangsterns op de hoge bladeren van de kalmoes te niksen. Die hebben vast al grote jongen die zichzelf kunnen bedruipen. Bij de nesten met nog heel jonge kuikentjes wisselen de ouders elkaar af. Ze voeren kleine visjes. Een adult vliegt met een kikkertje in de bek de verkeerde kant op, naar oost, de jongen achterna. Een beetje in de war.
Vlak voor mij in het water zwemt een volwassen Meerkoet samen met een jong Waterhoentje. Ze zijn onafscheidelijk.

De Aalscholver komt weer aanvliegen en hij landt bij de kolonie. Kokmeeuwen en sterns gaan er direct erachteraan. Hij maakt een heel grote cirkel, vliegt vlak over mijn hoofd, achternagezeten door 8 schreeuwende witwangen die hem in de vleugels proberen te pikken. Ook de jonkies doen mee. Op een veilige afstand hiervan vliegen de Kokmeeuwen; die zijn niet zo dapper.


Week 12 6-8 / 12-8

2012-08-12grasmus-witwangsternHet pijlkruid staat in bloei met mooie witte bloempjes en zwarte hartjes. De Dodaars is verdwenen. De 3 Ibissen zijn nu bijna dagelijks te zien, tot grote vreugde van de fotografen, die nu weer dagelijks te vinden zijn in de brandnetels.

Een groep van 70 Watersnippen vliegt luidruchtig voorbij.
Een hele familie witwangen, 2 adulten en 3 jongen, vliegt het pad over en verdwijnt naar het oosten. Het begin van het vertrek.
Er wordt nog maar sporadisch over het pad gevlogen. Het meeste spektakel speelt zich ver weg bij het water af. Daar zijn nog nesten, ook nog met heel kleine jonkies. Het is voor mij te ver weg om de nesten te kunnen tellen.

Dan heb ik zomaar een Zwarte Ibis in mijn telescoop staan. Hij pikt driftig met zijn snavel in de bodem en zit zich te wassen en te krabben. Mooi om te zien, die warmbruine hals en het iriserende groen in de veren. Hoezo Zwarte Ibis? Het lijkt mij een jong exemplaar. Hij is kennelijk geen gevaar voor de witwangen, want die laten hem rustig vlakbij hun nesten lopen.

Het jonge Geoorde Fuutje foerageert nu zonder ouders vlak voor mij tussen de bloeiende kikkerbeet. Hij duikt dat het een lieve lust is. Hij weet zich al aardig te redden. Vogeltjes zitten in een struik aan het pad, achter mijn rug, rare geluiden te maken. Het zijn twee jonge Grasmussen die proberen te zingen en insecten te vangen. Een Tafeleend ligt met 6 jongen idyllisch te zonnen tussen de bloemen van de waterweegbree en de veenwortel.

Op de terugweg stap ik bij het Ibispad nog even af. En ja, er staan 2 Ibissen. Maar dan komt er een fietser van de kant van Kropswolde het pad op. Hij komt dichterbij. De vogels worden onrustig. De Kieviten gaan de lucht in en de Spreeuwen. En de Bosruiters, de Kokmeeuwen, de ganzen, de eenden en ook de Zwarte Ibissen. Die maken een grote boog en verdwijnen richting bos.

2012-08-12ibispaadje

Er staan Konikpaarden midden op het pad en die zijn niet van plan om opzij te gaan. Een fotograaf durft er niet langs en blijft net zolang wachten tot er een opening is. Hilarisch om te zien hoe de mensen zich (niet) door de kudde wagen en wachten tot de paarden in beweging willen komen. Dat kan soms uren duren. Als ik erlangs ga is er gelukkig net een gaatje, hoewel ik ze, als dochter van een veearts, natuurlijk alleen maar een klap op hun billen hoef te geven om doorgang te krijgen.

2012-08-19witwangsternLater in de week is er in het gebied van kolonie 1 ineens heel veel te doen. Adulte en juveniele witwangen vliegen af en aan boven het water om visjes te vangen. Sommige adulte witwangen zien er uitzonderlijk rafelig uit. Tijd om te ruien, op te vetten en weg te wezen. Nu ze hun jongen niet meer hoeven te voeden schijnen ze trouwens zelf liever vis te eten dan kikker(larven).


Week 13 13-8 / 19-8

Ik zit 10 dagen op Schiermonnikoog bij de 700 Grote Sterns. Op mijn spiksplinternieuwe laptop kan ik gelukkig wel de berichten over de Witwangsterns volgen.
Klaas van Dijk in het forum van avifaunagroningen.nl:
Ik ben gisteravond even wezen kijken. Er vlogen nog zeker 15-20 Witwangsterns rond, de meesten erg ver weg. Ook verschillende vliegvlugge jongen zien rondvliegen (en gehoord). De nog aanwezige adulten waren deels al flink gevorderd met de rui van de borstveren. En eindelijk de Zwarte Ibis gezien (twee foeragerend aan de oostzijde van het dijkje). Diverse groepen Canadese Ganzen vlogen naar het oosten. Bijna alle Kokmeeuwen waren nu verdwenen. Er zitten nu erg veel Meerkoeten.

Ik ben benieuwd of ze er nog zijn als ik terugkom.
Afgelopen nacht werd in Nederland de warmste nacht sinds 1906 gemeten. Die Witwangsterns moeten wel een raar idee over het klimaat in Nederland krijgen.

Week 14 20-8 / 26-8

2012-08-19bruinekiekendiefGelukkig, ze zijn er nog! Heel ver weg bij het water in west lijken er nog een stuk of 6 nesten te zijn. Er vliegen daar nogal wat jongen rond. Maar de activiteit speelt zich voornamelijk in oost af. Het is er een drukte van jewelste. Adulten en jongen duiken met veel kabaal in het water. Jongen vliegen schreeuwend achter hun ouders met voer aan. Als er een roofvogel overvliegt stijgt het hele spul op en tel ik ongeveer 20 Witwangsterns. Slechts enkele vliegen nog met voer naar de nesten in de westelijke kolonie.

Gerrit heeft een nieuwe body: de 5D mark 3. Dat is een 22,3-Megapixel volbeeld-DSLR met 61-punts autofocus en 6 fps continuopname. Hij gaat het professioneel aanpakken.
Er zwemt een jonge Geoorde Fuut vlak bij ons. Zijn oogje begint al rood te worden. 5 Ooievaars zwenken mooi boven ons hoofd. We gaan op zoek naar de Zwarte Ibissen. We zien ze heel ver weg in oost lopen. Af en toe vliegen ze op en landen steeds op grote afstand. Totdat er eentje vlak achter de brandnetels terechtkomt. Die kunnen we misschien vanaf de andere kant zien. Ik pak vlug mijn spullen in en Gerrit fietst alvast naar de plek waar de ibis zou moeten staan. ‘Hij staat hier achter de brandnetels. Een paar meter van ons vandaan.’ fluistert hij. Inderdaad, door de brandnetels heen zie ik een glimp van de Zwarte Ibis. Echt heel dichtbij. ‘Als ik geen last van mijn rug had kon ik je op mijn schouders nemen... We hebben een krukje nodig.’ Ik moet vreselijk lachen. Het ergste wat een fotograaf kan overkomen. Zo dichtbij en dan toch geen plaatje kunnen schieten.2012-08-19watersnip
Een jonge Witwangstern vliegt over de brandnetels vlak langs ons heen. Heel mooi en langzaam, met het licht aan de goede kant. Wat een schoonheid! Prachtig om te fotograferen, tenminste als we ons erop hadden ingesteld! Ik moet weer heel erg hard lachen. De ibis vliegt naar het oosten weg.
Later staren we nog een tijdje mismoedig naar een Zwarte Ibis ver weg achteraan op het ibispaadje. Ik maak een foto van een daas op de pet van Gerrit.
‘Heb jij nou het idee dat je een foto hebt gemaakt vandaag die de moeite waard is?’ vraagt hij.
Neuh, maar ik heb me wel vermaakt.

2012-08-19buizerd2De polder valt al aardig droog. De vegetatie krijgt een roestbruine kleur.
In oost foerageren Witwangsterns in de opdrogende plasjes. Enkele jongen zitten tussen de Spreeuwen krijsend te wachten tot ze gevoerd worden. Dan is er opschudding en kan ik ze tellen: 21 Witwangsterns vliegen het pad over naar west, gevolgd door 16 Watersnippen. Helemaal achterin bij het water laten kleine jongen zich visjes voeren. Er wordt overigens nog steeds met nestmateriaal gesjouwd.
Ik vermaak mij met de talloze Watersnippen die er rondscharrelen. Een Havik zit zich te poetsen op een paaltje.
Er vliegt een Slechtvalk over en alles gaat weer de lucht in. Hij landt in de elektriciteitsmast waar hij zich mooi laat bekijken.
Er zijn 2 Reuzensterns gemeld, maar ik kan ze niet vinden.

2012-08-zwarteibisNu het witwangspektakel zich voornamelijk in oost lijkt af te spelen is het, vanwege het licht, natuurlijk handiger om, in plaats van 's morgensvroeg, aan het eind van de dag naar de polder te gaan.Op dat tijdstip zijn er echter veel minder vogels actief.
Een Buizerd met een erg witte buik, zwaar in de rui, zwenkt af als hij mij van de fiets af ziet stappen.

Ik sta aan de berm en vandaar zijn de 3 Zwarte Ibissen, tussen de brandnetels door, deze keer goed te fotograferen. Onverstoorbaar lopen ze te foerageren. Links en rechts vliegen tientallen Watersnippen mij mopperend om de oren. Schitterend getekende beestjes.

Een groepje van 3 jonge Witwangsterns hokt samen. Ze kunnen allang vliegen, maar ze laten zich liever verwennen door hun ouders. Een juveniele witwang vliegt rond met een klein visje in zijn bek. Hij laat het weer vallen en is het kwijt.
Een juveniele Kokmeeuw vliegt achter een Witwangstern aan die een kikkertje in zijn bek heeft.
Atalanta's steken prachtig af tegen het roze van het koninginnekruid. De zon gaat rood onder in het roestig gekleurde polderparadijs.

2012-08-29kwbp-west
gebied van kolonie 2 op het eind van het broedseizoen

Week 15 27-8 / 2-92012-09-02witwangstern

De aantallen Witwangsterns nemen snel af. Ze zijn alleen nog in de verte waar te nemen, evenals de Zwarte Sterns. De Geoorde Futen zijn verdwenen. Er zwemt nog slechts een eenzame juveniel rond.
Het stikt er werkelijk van de Watersnippen. Het zijn er honderden. Ze vliegen met hun karakteristieke mopperende roep in kleine groepjes luidruchtig heen en weer over het fietspad. De 3 Zwarte Ibissen vertonen zich nog steeds iedere dag.

Emo vertelt dat hij zojuist een Porseleinhoen heeft gezien. Vlak voor ons. Hij roept regelmatig, 'huuIET, huuIET!' Het is waarschijnlijk een familie met jongen. Ze lijken op slechts een paar meter afstand te zitten, maar ik kan ze niet ontdekken.
Het duurt lang voordat ik 2 Witwangsterns spot. Een adult met een gevlekt buikje en een jong, heel ver weg. Ik word er een beetje treurig van en probeer het te verwerken dat ze vertrokken zijn.
Emo: ‘Ze trekken verder zodat anderen weer van ze kunnen genieten. Dat is een mooi idee.’
Ik vind er helemaal niks aan.
De Porseleinhoentjes blijven roepen, terwijl ik de hemel en het aards paradijs afspeur naar Witwangsterns. Ik zie er geen meer.

2012-09-02witwangstern2Dan ineens: Ik hoor ze! Ik hoor dichtbij de roep van jonge Witwangsterns. Ze vliegen samen met 3 juveniele Kokmeeuwen, direct boven mijn hoofd. Ik val bijna om bij mijn poging om daar foto’s van te maken. Het zijn er acht en ze maken flink kabaal. Het karakteristieke hoge geluid van de jongen is luid en duidelijk te horen. Dit is niet het moment om te fotograferen. Ik leg mijn camera weg en geniet intens van het schouwspel. Ze blijven minutenlang boven mijn hoofd ravotten, een afscheid. Ik ben ontroerd. Ze verdwijnen even plotseling als ze gekomen zijn, richting west.
Het wordt vreemd stil in de polder.

Ik overdenk mijn bezoeken aan de polders: de euforie van het ontdekken van de Witwangsterns, de blijdschap iedere keer van het weerzien, de weemoed nu van het afscheid.
Dat gaat volgend jaar nog wat worden. Dan komen ze weer terug met zijn allen: leuk zo’n gebied met de koudste dag in juni sinds 1975 en de warmste nacht sinds 1906, met die geschifte Aalscholver en al dat hemelwater!
En dan staat in het voorjaar van 2013 de boel droog en begint het riet te groeien; dan is het allemaal weer heel anders...

Ana

____________________

EPILOOG

29 november 2012: Lezingenavond van Avifauna Groningen, met presentatie van de exacte cijfers met betrekking tot de aantallen broedparen in de Kropswolderbuitenpolder en Westerbroekstermadepolder, door Alwin Hut, beheermedewerker van het Groninger Landschap.

soort
aantal broedparen in de Kropswolderbuitenpolder en Westerbroekstermadepolder in 2012
Witwangstern
Zwarte Stern
Geoorde Fuut
Roodhalsfuut
Roerdomp
Steltkluut
Buidelmees
26 (geschatte aantal jongen: 50-76)
4
145 (waarvan sommige paren 2, of zelfs 3 broedsels hadden)
1 (mogelijk 2)
3
2 (beide paren hebben met succes jongen voortgebracht)
1




Links: